image-brouillard
Fulli

Wanneer moet je mistlampen vooraan gebruiken?

Wanneer moet je mistlampen vooraan gebruiken? Je moet ze alleen inschakelen als het zicht heel slecht is, vooral bij dichte mist, hevige regen of sneeuwval. Hoewel ze niet verplicht zijn, verbeteren deze lichten je gezichtsveld door meer licht op de weg en in de bermen te werpen. We bekijken de verschillende soorten autoverlichting, vooral mistlampen voor.

Welke verschillende soorten lichten moeten worden geactiveerd bij mist?

Dimlicht en mistlampen

Schakel bij verminderd zicht (mist, regen, sneeuw, enz.) eerst uw dimlichten in. Als de mist erg dicht is, schakel dan ook de mistlampen in.

  • Mistlampen voor: ze verlichten de rand en het midden van de weg om je op koers te houden.
  • Mistachterlichten: maken je beter zichtbaar voor bestuurders achter je.

Zodra het zicht verbetert, moet je je mistlichten uitdoen om andere weggebruikers niet te verblinden.

Grootlicht verboden

Gebruik je grootlicht nooit bij mist. Hun hoge vermogen creëert een “witte muur” voor je, omdat ze hoger oplichten. Mistlampen daarentegen projecteren het licht naar de grond, waardoor je beter zichtbaar bent zonder je te verblinden.
 

En niet vergeten! Een autoverzekering is verplicht om te mogen rijden. Als je die nog niet hebt afgesloten, is het tijd om dat te doen. Volgens Goodassur geeft de gemiddelde Fransman €526 per jaar uit aan een WA-verzekering. Door verzekeraars te vergelijken op platforms zoals Goodassur kun je gemiddeld €200 besparen.

Wat is een mistlamp?

Mistlampen zijn ontworpen om het rijden in moeilijke weersomstandigheden (mist, zware regenval, sneeuwval) te vergemakkelijken. Er zijn :

  • Mistlampen vooraan
  • Mistlampen achteraan

Hoewel ze verschillende functies hebben, worden ze het vaakst gebruikt bij zeer slecht zicht (minder dan 150 meter, of zelfs 50 meter).

Wanneer moet je mistlampen vooraan gebruiken?

Mistlampen voor zijn wettelijk niet verplicht. Alleen een mistachterlicht is verplicht. Je bent dus niet verplicht om mistlampen voor te gebruiken.

Als je auto er echter wel mee is uitgerust, raadt de verkeersregels aan om ze te activeren als het zicht ernstig wordt beperkt (minder dan 150 meter of zelfs minder dan 50 meter). Hun bredere, intensere licht naar de grond en de zijkanten toe maakt het gemakkelijker om obstakels te detecteren en aanrijdingen te vermijden. Je kunt ze ook gebruiken in combinatie met je dimlichten voor een verder zicht.

Dit zijn de situaties waarin het gebruik ervan wordt aanbevolen:

  • Overdag, bij dichte mist, hevige sneeuwval of hevige regen.
  • s Nachts, op een smalle, bochtige, onverlichte weg, als aanvulling op grootlicht.

Als een ander voertuig uit de tegenovergestelde richting nadert, denk er dan aan terug te schakelen naar dimlicht en de mistlampen uit te schakelen om de tegemoetkomende bestuurder niet te verblinden.

Wanneer moeten mistlichten achter worden gebruikt?

In tegenstelling tot het mistlicht voor is het mistachterlicht (meestal het enige) er niet om je te helpen zien, maar eerder om je te helpen gezien te worden. De intensiteit, tot drie keer hoger dan die van een remlicht, kan volgende bestuurders verblinden in mistige omstandigheden. Daarom is het wettelijk verplicht om elk voertuig uit te rusten met ten minste één mistachterlicht, links geïnstalleerd, om verwarring met een motorfiets te voorkomen.

Hoe monteer ik de mistlampen voor?

De mistlampen voor, of ze nu geel of wit zijn, bevinden zich meestal onder de koplampunits. Afhankelijk van het model en bouwjaar van uw auto kan de bedieningshendel zich rechts of links van het stuurwiel bevinden.

Over het algemeen heeft deze hendel twee ringen:

  • De eerste activeert de stand-, dim- en grootlichtkoplampen.
  • De tweede is voor de mistlampen voor en achter.

De symbolen op deze ringen geven hun functie aan. Controleer bijvoorbeeld op een Peugeot 207 of het groene lampje dat staat voor een koplamp die naar voren en naar beneden wijst, is ingeschakeld op je dashboard.

Wat zijn de straffen voor misbruik of niet-gebruik?

Verkeerd gebruik van mistlampen wordt bestraft met een vaste boete van de vierde klasse (€ 135). In de praktijk riskeren bestuurders deze boete als ze hun mistlampen gebruiken wanneer het zicht minder dan 150 meter is (behalve op smalle, bochtige wegen) of als ze hun mistachterlicht activeren wanneer er geen mist of sneeuwval is.

In de stad is het geen overtreding om de mistlampen niet aan te zetten. Ze zorgen wel voor een betere verlichting, maar ze kunnen tegenliggers ook verblinden. In deze omstandigheden is het vaak aan te raden om dimlicht te gebruiken, dat minder krachtig is maar minder gevaarlijk voor andere weggebruikers.

Heb ik een technische keuring nodig voor mistlampen?

Zelfs als mistlampen voor niet verplicht zijn, moet je ze in goede staat houden als ze gemonteerd zijn. Hetzelfde principe geldt voor het optionele derde remlicht: je riskeert niets als het ontbreekt, maar je overtreedt de wet als het aanwezig en defect is.

Rijden met slechts één mistlamp verstoort de waarneming van andere bestuurders. Als je het niet kunt repareren, schakel het dan uit of verwijder het om een boete te voorkomen.

Bij de technische keuring worden je koplampen gecontroleerd met een koplamptester. Een defecte of ontbrekende lichtbron kan leiden tot een achteruitkijkcontrole, maar niet een eenvoudige onjuiste afstelling van de hoogte.

Als een van je twee mistlampen niet meer werkt, is het waarschijnlijk de gloeilamp. Als beide lichten de hele tijd blijven branden of helemaal niet branden, controleer dan het relais (kortsluiting, bedradingsprobleem, enz.).

Tips voor rijden in mist

Ter herinnering: dimlichten zijn verplicht wanneer het zicht minder is dan 200 meter, overdag of 's nachts. Wanneer je een mistig gebied binnenrijdt, schakel ze dan onmiddellijk in en verminder je snelheid. Rijd bij slecht weer altijd flexibel en voorzichtig.

Als het zicht tussen de 50 en 150 meter is, kun je je mistlampen aanzetten voor een beter zicht op de weg. Blijf voorzichtig rijden, pas je snelheid aan en vergroot je veiligheidsafstand tot het voertuig voor je.

Wanneer het zicht minder dan 50 meter is, beperk je je snelheid tot 50 km/u en houd je een veilige afstand van minstens 50 meter tot het voertuig voor je. Vermijd inhalen en wacht tot de omstandigheden verbeteren om geen ongelukken te riskeren.

Veelgestelde vragen

Welk licht moet ik gebruiken als het regent?

Als het regent, moet je je dimlichten inschakelen. In het geval van een hevige regenbui (en alleen in deze situatie, niet bij lichte regen), kun je deze vervangen door de mistlampen voor, of beide tegelijk gebruiken.

Zijn mistlichten verplicht?

Mistachterlichten zijn verplicht: er moet er minstens één gemonteerd zijn aan de linkerkant van het voertuig. Mistlampen vóór zijn daarentegen niet wettelijk verplicht en sommige modellen zijn er niet mee uitgerust.

Wat zijn de risico's van verkeerd gebruik van mistlampen?

Als het zicht erg slecht is, is het aan te raden om je mistlampen aan te zetten. Bij zware regenval kun je de mistlampen voor inschakelen, maar de mistlampen achter mag je alleen gebruiken bij mist of als sneeuwval je zicht ernstig beperkt. Als je ze verkeerd gebruikt, riskeer je een boete van € 135.

Mogen mistlampen de hele tijd aanblijven?

Nee, omdat de hoge intensiteit andere bestuurders kan irriteren of verblinden. Mistlampen zijn bedoeld om alleen te gebruiken als het zicht heel slecht is. Zodra de weersomstandigheden verbeteren, is het essentieel om ze uit te schakelen om andere bestuurders achter je niet te storen.